Times Square Kerk Preken Serie

Mijn broeders huis opbouwen.
(Building Up My Brother’s House.)


Tekstbestand + Nederlandse Preken Index + Home Page + Abonneren + Copyright
Door Carter Conlon
15 december 2002
_______________

De hele week ben ik van zonde overtuigd geweest. Ik zal zo gelukkig zijn om deze boodschap te preken. Het begon met een stille tijd op maandagochtend.

Ik stond op, en begon mijn Bijbel te lezen en verwachtte eigenlijk van te voren niet dat ik een boodschap van de Heer zou ontvangen. Maar tegen de tijd dat ik klaar was met mijn stille tijd had Hij me iets in de Schrift laten zien dat mij ten zeerste van zonde overtuigde. De Heilige Geest mij begon mij eraan te herinneren welk een ongelooflijke verantwoording aan iedere Christen is gegeven die de Heer kent als Heer en Redder in Geest en in Waarheid.

Ik wil dit met u delen en ik vertrouw erop dat u ook van zonde overtuigd zult worden zoals ik deze week, en dat u ook de vreugde en het verlossende gevoel zult ervaren voortkomend uit het besef dat onze levens in de juiste relatie staan met God. Wij zijn mensen die de waarheid willen weten. Hier in Times Square Church veronderstel ik dat u de waarheid wil weten, daarom komt u naar deze kerk. Sommige waarheden zijn gemakkelijk om te horen. Ze zijn gemakkelijk te verteren, ze zijn gemakkelijk te preken, gemakkelijk te horen, en er komt altijd een spontane vreugde los bij deze waarheden.

Andere waarheden zijn moeilijker. Dan is er meer sprake van “bitter water”, moeilijker om naar te luisteren. Ik denk aan de discipelen zoals zij Christus volgden; zij waren allemaal opgewonden over de wonderen en al de prachtige dingen die ze zagen totdat ze bij het punt kwamen dat Hij zei: “tenzij je mijn vlees eet en mijn bloed drinkt, heb je geen leven in je”. En in plaats van dieper te graven om te kunnen begrijpen wat Hij hiermee bedoelde, waren er velen die zeiden: “dit is te moeilijk”, niet begrijpend dat Hij sprak over het leven, alhoewel het een onmogelijkheid scheen dat het absoluut leven en vrijheid was. Maar in plaats van in de diepte te gaan van deze verklaringen, gaven ze er de voorkeur aan weg te lopen.

Ik denk aan de tragedie, sommigen zeggen dat het er meer dan vijftig waren, die van hem wegliepen, terwijl ze toch een uitnodiging van hem hadden om in een nauwe relatie met hem om te gaan. Ze werden geconfronteerd met een waarheid die te moeilijk was om te horen, en begonnen weg te lopen. En nu moet ik door deze stof langzaam heengaan, en soms zul je de tijd hebben om naar een passage in de Bijbel te gaan en soms niet, maar heb slechts een luisterend oor vandaag en ik weet dat God ons dieper zal laten gaan in datgene wat Hij van ons wil als het Lichaam van Christus.


Nu Vader, ik sta hier voor U,
absoluut van U afhankelijk.

Ik werp me zelf eenvoudig op U, Jezus. Heer, ik heb geen wijsheid om dit te spreken, het is voor mij volkomen onmogelijk om zelfs maar de diepte ervan te begrijpen, ik vraag U, o God, om mij het gewoonweg te geven, laat het een bezieling van uw hart mogen zijn, laat het genade mogen zijn gezouten door uw Woord. Ik vraag U dat het gesproken mag zijn op een manier dat het door iedereen begrepen kan worden en dat we er beter van mogen worden door het te horen, zodat uw koninkrijk werkelijk in ons mag groeien. Ik vraag U, Heilige Geest, om mij nieuw leven te geven, aan mijn geest, mijn begripsvermogen, mijn lichaam, en God, laat uw naam worden verheven en verheerlijkt, geliefd en begeerd. Laat uw waarheid verheven mogen worden, en Vader, ik dank U hiervoor, in Jezus’ machtige naam.

Nou, als u naar Deuteronium 25 gaat, en uw Bijbel openlaat als u daar bent, dan ga ik vandaag spreken over: “mijn broeders huis opbouwen”. “Mijn broeders huis opbouwen” is niet een bepaalde waarheid en het komt tot niemand van ons op een natuurlijke manier. We zijn natuurlijk meer aangelegd om te kritiseren. We zijn natuurlijk meer aangelegd tot onverschilligheid, tot jaloersheid, tot haat. Dit zijn dingen die onderdeel zijn geworden van onze menselijke natuur. Toen Adam en Eva voor het eerst zondigden in de Hof van Eden, was die zondige natuur van hen aan ons overgedragen. En het duurde niet lang, zoals u bijvoorbeeld in het boek Genesis kunt zien, voordat Adam en Eva een zoon hadden met de naam Kaïn.

Hier beginnen we voor het eerst te begrijpen dat er verband bestaat tussen de zonden die in de mensen zijn. De Heer kwam op een dag bij Kaïn in Genesis 4:9 en Hij zei tegen hem: “waar is Abel, uw broer?”. Hij zei: “ik weet het niet, ben ik mijn broeder’s hoeder? U ziet, onverschilligheid is in zijn hart, jaloersheid beheerste nu zijn natuur, en dit heeft tot moord geresulteerd, en het is een deel van de gevallen natuur geworden van ieder mens. Nu, dank aan God, de Bijbel zegt dat heden ten dage, wij, die in Christus geloven, niet langer staan onder de inwonende macht van de zonde. Nu, velen hier kunnen ervan getuigen dat ze voordat ze Christus kenden geen macht hadden over de jaloersheid in hun leven, over de onverschilligheid, terwijl ze de hele dag ellendig doorbrachten denkend in hun hart: “ik heb zelf al genoeg problemen, zorg jij nou maar voor jouw problemen, dan zorg ik voor de mijne, ik ben niet geïnteresseerd in je problemen”.

Ik herinner me dat we een uitdrukking hadden bij de politie: “hier is een cent, ga iemand opbellen die geïnteresseerd is”. Dat zeiden we tegen elkaar, dat was nog niet eens tegen de mensen die buiten op straat waren. Er was sprake van een onverschilligheid: ik heb mijn problemen, jij hebt de jouwe. En alsjeblieft, val me er niet mee lastig. En werkelijk, dat is een gedeelte van de menselijke natuur, van de gevallen menselijke natuur. En dat is niet de manier waarop het in het Christus zou moeten zijn, vooral niet in het lichaam van Christus.


De Bijbel zegt in Rom. 6:14 dat
zonde niet langer over ons heerst.

We zijn niet onder de wet nu, maar onder genade. En om dat met eenvoudige woorden te zeggen: God zegt: “Ik ben nu in je leven gekomen door de kracht van de Heilige Geest en ik heb je een nieuwe geest en een nieuw hart gegeven en ook een nieuwe natuur. Ik heb je een bewogenheid gegeven die je vroeger nooit had. Ik heb je veranderd. Ik heb je tot deelgenoot gemaakt van het werk dat Ik doe. Ik heb je in wezen tot een teken en een wonder gemaakt voor een maatschappij die vol zit met onverschilligheid, jaloersheid en haat overal om je heen, maar Ik heb je tot een ander persoon gemaakt. Ik heb je tot een persoon gemaakt die luistert, die bewogenheid heeft. En wanneer iedereen op een dodelijke manier praat, spreek jij woorden van leven. Wanneer iedereen neerwerpt, bouw jij op. Wanneer iedereen in wanhoop is, sta jij met woorden van bemoediging, hoop en kracht voor iedereen om je heen temidden van de storm. Ik heb je tot iemand gemaakt met de kracht van God, die er in de wereld niet is.

Ja, natuurlijk, mensen kunnen aan cursussen positief denken gaan doen, en dan positief zijn voor een korte periode, maar niets daarvan heeft een duurzame uitwerking, of heeft de mogelijkheid om stand te kunnen houden. Je komt er vandaan met die prachtige, nieuwe resultaten en ik weet hoe velen hier, voordat ze Christus leerden kennen, om twaalf uur ’s nachts iedere 31 december die prachtige beloftes maakten. Ik maakte ze ook. En tot hoe laat hielden ze stand: 10 over 12, 12 over 12. Je zou zo’n vriend zijn en zo goed tegen je vrouw, of tegen je man. Je zou veranderen en dat prachtige karakter hebben. Je zou positief zijn in je werkomgeving. En om 12 over 12 zit je aan de tafel en praat je over één of ander gebrek in het leven van iemand met wie je werkt, en alles is weer voor een jaar in rook opgegaan. Het gehele voornemen is weer weg, omdat de natuurlijke mens niet in staat is om iets hiervan tot stand te brengen.

Welnu, Deuterononium 25 (de wet van God gegeven aan Mozes) vertelt ons, dat als twee broeders samenwoonden, of laten we zeggen in hetzelfde dorp of in de nabijheid, en één van de twee stierf, en geen kind had (dit is ver 4), dan zou de vrouw van de gestorvene geen vreemdeling trouwen, maar de broer van de echtgenoot zal gemeenschap met haar hebben, en haar tot echtgenote nemen en bij haar de plicht doen van de broer van de echtgenoot. …"En de eerstgeborene, die zij baren zal, zal op naam van de gestorven broeder staan, opdat diens naam uit Israël niet uitgewist worde. Maar indien die man geen lust heeft zijn schoonzuster te nemen, …".

Nu, laat me hier even stoppen. Dit was een wet die zei dat als ik bijvoorbeeld in leven was en mijn broer zou sterven, en geen kinderen had, dan moest ik zijn vrouw in mijn huis nemen en de eerstgeboren zoon zou de naam van hem dragen. Met andere woorden, ik zou zaad voortbrengen voor mijn broer. En ik zou mijn broers huis opbouwen. In mijn hart zou ik zeggen: ik laat je huis niet verloren achter vanwege jouw dood die daar is gekomen. Maar ik zal nu als het ware een vat zijn dat er voor zorgt dat er leven wordt voortgebracht aan jouw zaad. En jóu zaad wordt voortgebracht. En alhoewel ik de vader ben van die zoon, zal die zoon niet mijn naam dragen, maar hij zal jóuw naam dragen, die van mijn broer. En het was een toewijding die de families in Israël verplicht waren voor elkaar te doen. En hoeveel te meer, in geestelijk opzicht, behoren wij toegewijd te zijn aan elkaar in het lichaam van Christus.

"Maar indien die man geen lust heeft zijn schoonzuster te nemen, dan zal zijn schoonzuster naar de poort, tot de oudsten, gaan en zeggen: "Mijn zwager weigert de naam van zijn broeder in Israël in stand te houden, hij wil het zwagerhuwelijk met mij niet sluiten". Dan zullen de oudsten van zijn stad hem roepen en met hem spreken. Blijft hij daarbij en zegt hij: "Ik heb geen lust haar te nemen" - dan zal zijn schoonzuster voor de ogen der oudsten bij hem gaan staan, hem zijn schoen van de voet trekken, hem in het gelaat spuwen en aldus betuigen: Zo zal men de man doen, die het huis van zijn broeder niet bouwt" (Deut. 25:7-9).

Dat is iets ongelooflijks, en ik wil dat u dat werkelijk inziet. Dit is de wet van God. Het zegt dat als een broeder weigert, als hij de sterfte ziet, te komen en zijn broeders huis op te bouwen, dan geeft God toestemming aan de vrouw van de gestorvene om zijn schoen uit te trekken en in zijn gezicht te spugen en zeggen: "Zo zal men de man doen, die het huis van zijn broeder niet bouwt. En onder Israël zal zijn naam luiden: Het huis van de ontschoeide" (Deut. 25:9,10).

Wij zien hetzelfde principe in Genesis 4, als u een ogenblik heeft om daar met mij naar toe te gaan. Gen. 4, nadat Kaïn Abel gedood heeft. De Bijbel zegt het op deze manier. God zegt tegen Kaïn: "En nu, vervloekt zijt gij, ver van de bodem, die zijn mond heeft opengesperd om het bloed van uw broeder van uw hand te ontvangen. Wanneer gij de aardbodem bewerken zult, zal hij u zijn volle opbrengst niet meer geven; een zwerver en een vluchteling zult gij op de aarde zijn" (Genesis 4:11,12).

Dat is iets ongelooflijks. In een geestelijke betekenis zou je kunnen zeggen dat God de schoen van Kaïns voet losmaakte en zei: "Vanaf deze dag zul je geen vrucht dragen en je zult een zwerver zijn (en je zult geen leiding ontvangen)" Geliefde, ik ben een pastor die er al behoorlijk lang is en steeds weer heb ik gezien, niet als pastor, maar als Christen, dat er mensen zijn die weigeren Gods werk te doen, nl. om Gods koninkrijk op te bouwen in ieder van de heiligen van Jezus Christus, in zijn kerk;


Ik heb mensen gezien die niet
kunnen inzien wat het betekent
om deel te zijn van
het lichaam van Jezus Christus.

Paul zei het het beste. Hij zei: "omdat ze het lichaam niet onderscheiden, zijn er velen die zwak en ziek zijn". Ze kunnen niet begrijpen wat het betekent om deel te zijn van deze kerk. En daarom brengen ze geen vrucht voort. Ja, ze komen naar de kerk, ze zijn er, maar er is geen vrucht. Zij zijn altijd aan het studeren, maar veranderen nooit. Altijd aan het aanbidden, maar ze hebben nooit geloof. Er altijd zijn, maar nooit veranderd worden in de gelijkenis van Christus. Je ontmoet deze persoon in 1980 en je gaat op een lange reis en je komt terug in 1990 en ze zijn hetzelfde als toen je wegging. Het gesprek is hetzelfde, de vragen zijn dezelfde, er is niets veranderd. Er schijnt geen vrucht en geen richting te zijn. Het is alsof hun schoen is uitgetrokken en God, de almachtige zelf in hun gezicht heeft gespuugd, omdat ze weigeren zaad voort te brengen voor hun broeder. Ze weigeren het leven te geven waarvoor Christus op Calvary is gestorven voor ieder die naar zijn naam is genoemd.

Pastor David deelde deze morgen mee: "zij kijken naar sommigen die God heeft gewassen door zijn bloed, en doelbewust maken ze een keus om hen ongewassen te noemen". Ik hoop dat dit in onwetendheid gebeurd, want als dit niet zo is, dan is dit een heel gevaarlijk ding om te doen, en we zullen dat zien in enkele ogenblikken. God zei tegen Kaïn: "Wat heb je gedaan? Hoor, het bloed van uw broeder roept tot Mij van de aardbodem" (Genesis 4:10).

Johannes, de geliefde, zei: "Hij, die zijn broeder haat, is een moordenaar". Ik vraag mijzelf af deze week: "hoe vele gewonden?" En de Heilige Geest deed mij naar binnen kijken, om terug te gaan in de jaren, en te denken over omstandigheden en mensen en tijden dat ik hén gewond zou kunnen hebben die gekocht waren door het bloed vergoten door mijn Heiland. Hoe vele gewonden roepen uit tot God vanuit het stof waar ze liggen vanwege onvriendelijke woorden of onverschilligheid of het niet willen handelen, toen we de gestorvene zagen en verschil hadden kunnen aanbrengen, maar weigerden zaad voor onze broeder voort te brengen. We hadden iets kunnen doen.

Ik vraag me af hoevelen van de kerk zijn afgedwaald en nu aan het dwalen zijn in de wildernis, terwijl ze halfdood zijn en het in onze macht lag om slechts een woord te spreken dat de richting van hun leven had kunnen veranderen. Het lag in onze macht om met God samen te werken om dat op te bouwen wat God aan het bouwen is met zijn zoon Jezus Christus in het licht van de Eeuwigheid. We hadden verschil kunnen aanbrengen. Spreuken 18:8 zegt: "De woorden van de lasteraar zijn als lekkernijen; zij glijden immers af naar de schuilhoeken van het hart". (Spreuken 18:8) en: "Wie haat koestert, veinst met zijn lippen" (Spreuken 26:24).

Een heleboel mensen zullen zeggen: "Pastor, help me om dit te begrijpen. Voor zover ik weet haat ik niemand in deze kerk. Ik haat geen enkel persoon van het lichaam van Christus. Maar als we van onze eigen definitie uitgaan dan bedoelen we: achter ze aan rennen in de gang met een dolk in onze handen. Velen hebben gezegd: zo voel ik me tegenover niemand in de kerk, dus ik heb niets te maken met deze conclusie van de Schriften. Maar Spreuken 26:24 zegt dat wie haat koestert, met zijn lippen veinst. Ik wil me bepalen bij het woord "veinst". Het Hebreeuwse woord "veinst" betekent verder: "nauwkeurig, op een kritische manier onderzoeken", naar iemand kijken, maar niet met het oog van God. Het is kijken vanuit een ander perspectief. Niet met het doel om leven en hulp te geven, maar om te kijken waar we kunnen wonden, met een oog om te zien wat fout is. Ik denk dat het tragisch is omdat we in de kerk zo ongelooflijk veel genade kunnen ontvangen.

En herinner je je de beschuldiging van Christus tegen de schriftgeleerden: "Jullie zwelgen de kameel door, maar de mug ziften jullie uit". Met andere woorden: jullie slikken al die prachtige zegeningen van God door; het is alsof jullie elke dag de schatten van de hemel over je uitgestort krijgen, en dan openen jullie je portemonnaie en is het een inspanning om iemand een cent te geven! Een klein beetje van de goedheid die ik over jullie uitgiet, en dan is het een inspanning om dat door te geven aan de broeders en zusters die misschien net dat woord van bemoediging van jou nodig hebben….


"Wie haat koestert,
veinst met zijn lippen"

Het betekent: op een kritische manier kijken. Maar dit is de beste betekenis ervan, denk ik: de zaken anders doen lijken dan ze zijn. Hij die haat, verandert iemands voorkomen. Ongelooflijk. Nu wil ik u eerst tonen, in Psalm 103 als u daar met mij naar toe wilt gaan, hoe een echte gelovige eruit ziet. Dit is hoe God u ziet, vandaag. Als u een echte gelovige bent in Jezus Christus, als u naar Hem toe bent gegaan en Hem gevraagd hebt of Hij uw zonden vergeeft, dan wil ik u precies tonen hoe u eruit ziet volgens God nu. Verbazingwekkend, het is ongelooflijk als je erover nadenkt. Psalm 103: David de koning zegt: "Zegen de Heer, o mijn ziel, en al dat is in mij, zegen zijn heilige naam. Zegen de Heer, o mijn ziel, en vergeet niet één van zijn weldaden. Die al uw zonden vergeeft".

Als je in Christus bent, zijn al je zonden vergeven. Is dat niet verbazingwekkend? Er is geen lijst, geen verkeerde ding, er is geen spoor van zonden uit het verleden dat achter je aankomt. Het wordt volkomen uitgewist door het bloed van Jezus Christus, die al je ziektes geneest. De ziektes, met andere woorden, die die zonden allereerst veroorzaken. Niet alleen zijn we vergeven, maar de kracht van de Heilige Geest komt op ons om ons te veranderen naar het beeld van onze Heer en Heiland. De wortel van de zonde wordt uit ons gehaald, stukje bij stukje, beetje bij beetje. Herinner je je, God noemt de dingen niet zoals ze zijn, wanneer de Heilige Geest tot ons spreekt, spreekt Hij tot ons zoals we zullen zijn, als we Hem beginnen te volgen. Hij begint dingen in ons leven te spreken die er nu nog niet zijn, omdat hij dingen die er nog niet zijn noemt alsof ze er al zijn. "Die uw leven verlost van de groeve, en die u kroont met goedertierenheid en barmhartigheid".

Ongelooflijk. Al mijn zonden zijn mij vergeven. Ik ben genezen van datgene wat veroorzaakte dat ik een zondig leven leed. Ik heb nu een nieuwe krachtbron in mij. Dezelfde God die het universum gemaakt heeft, leeft nu in mijn leven, en alle dingen worden nieuw en oude dingen zijn weggedaan. Dat is wie ik ben in Christus. Dat is het hemels perspectief. Of ik nu wel of niet nog bijgeschaafd moet worden als een nieuwe Christen, of wie ik nu ook nog ben, dit is hoe God mij ziet. Dit is wat God heeft gedaan. Hij heeft mijn leven verlost van de groeve, zegt de Bijbel. Ik ga niet naar de groeve, ik ga niet naar de hel, en de duivel gaat niet de macht over me krijgen, en hij gaat niet mijn huis kapot maken, hij gaat niet mijn getuigenis wegroven, ik zal niet beschaamd staan tegenover mijn vijanden.

Dit is de manier waarop God naar Christenen kijkt: hij ziet jou en mij als levend in de overwinning, en voortgaande in de overwinning, als een echte getuigenis van de genade van God. Niet perfekt nu al, maar perfekt wordend door de genade van God. En Hij heeft mij gekroond, ik heb een kroon op mijn hoofd zegt God. Jullie zien het misschien niet, maar God ziet het. Zij die zich tot Christus bekeerd hebben en verlost zijn, hebben een kroon ontvangen van God. Je bent gekroond met goedertierenheid en barmhartigheid. Halleluja. De barmhartigheid van Christus is iedere dag op mij. Als God wilde, zou Hij mij al duizenden keren kunnen vernietigen. Maar zijn barmhartigheid heeft mij gekroond. En zijn goedertierenheid verandert mij. Halleluja. Dat is het getuigenis van de Christen. Dat is het beeld van je dat God ziet als Hij naar je kijkt. Ondanks al je strijd, ondanks al je mislukkingen, ondanks alle zwakheden, strijd en beproevingen waar jij en ik door moeten gaan. Niettegenstaande wat ieder ander zou kunnen zeggen, is er maar één stem die er echt toe doet in de eeuwigheid: Hij zegt: "Ik zie u als de Mijne, u bent mijn geliefde, en uw gerechtigheid is van Mij. Halleluja. Halleluja. Halleluja. Dat is het echte beeld van de gelovige voor God.

Maar de persoon die zijn broeders huis niet wil opbouwen naar dit beeld, de man die er voor kiest zich te focussen op de dood, en er zijn er heel wat in de kerk van Jezus Christus die dit doen, die claimen medewerkers van God te zijn, maar gericht zijn op de dood. En wanneer zij de dood zien, zeggen ze: "ik wil niets te maken hebben met het weer doen opstaan van die dode, ik wil niets te maken hebben met het inblazen van nieuw leven in die persoon, want daar heb ik niets aan. Ik heb er niets aan als die eerste zoon wordt geboren en hij niet eens mijn naam draagt. Ik heb er niets aan, dus waarom zou ik dan mijn best doen om die persoon te bemoedigen of dat zaad te voeden dat God in hem geplaatst heeft.

Psalm 64, als je dat met mij in je Bijbel wil opslaan, spreekt over de man die weigert zijn broeders huis op te bouwen. Hij heeft iets anders in zijn gedachten. Psalm 64: "Hoor, o God, mijn stem in mijn klagen, behoed mijn leven voor de verschrikking van de vijand; verberg mij voor de raadslag van de boosdoeners, voor het woelen van de bedrijvers van ongerechtigheid, die hun tong wetten als een zwaard, dat hun pijl aanleggen - een bitter woord - om in het verborgene op de onschuldige te schieten; plotseling schieten zij op hem, zonder iets te ontzien" (Psalmen 64:2-5). Het zegt verder: "Zij zinnen op euveldaden - Wij zijn gereed, het plan is goed bedacht - Ja, ieders binnenste en hart is ondoorgrondelijk. Maar plotseling treft God hen met een pijl; daar zijn nu hun wonden. Hun tong doet hen over zichzelf struikelen; al wie naar hen ziet, schudt het hoofd. Dan vrezen alle mensen en verkondigen Gods daad, en slaan acht op zijn werk. De rechtvaardige zal zich in de HERE verheugen en bij Hem schuilen, alle oprechten van hart zullen zich beroemen" (Psalmen 64:7-11).


David zegt:
"Heer, alstublieft, U leidt mij".

En ik geloof dat dit het gebed is van iedere oprechte Christen die nog niet is wat hij zou moeten zijn. Maar ze zijn bezig te worden die persoon waartoe God hen heeft geroepen. En op die weg zijnde, maken we toch allemaal vergissingen, is het niet? We doen dingen die we niet zouden moeten doen, we zeggen dingen die we niet zouden moeten zeggen, iedereen schiet wel eens uit zijn slof, thuis, op kantoor, waar het ook is. En David zegt: "God, U heeft mij geroepen, mijn lot is in uw hand. En U brengt me naar waar U me wil hebben. En ja, ik ben mij van mijn fouten bewust, maar o God, alstublieft, spaar me. Verberg me voor de raadslag van de boosdoeners. Verberg me, want ze vormen woorden, ze zoeken naar zwakke plekken, ze zoeken naar zonden, zegt David.

Je kan altijd werkers van de hel herkennen, zelfs in de kerk, ze besteden al hun tijd aan het zoeken van verkeerde dingen in andere mensen. Ze besteden al hun tijd aan het praten over verkeerde dingen in andere mensen. Het is een tragedie. Met als enige gevolg dat ze op een dag voor de rechterstoel van God komen en dan erachter komen dat de hele tijd dat ze aan het prijzen waren, ze buiten het koninkrijk van God waren. De hele tijd hebben ze hun handen omhoog gehad en zeiden ze: "Ik houd van U", Heer, maar ze hebben het werk van zijn handen zitten vervloeken. De ongelofelijke verblindheid. Ze zoeken naar fouten, ze doen een ijverige zoektocht, ze schieten in het verborgene op de onschuldige.

Het woord "onschuldige" in het Hebreeuws, betekent: volkomen, genezen, rechtvaardig, zonder zonden, eerlijk, zonder vieze plekken, geliefd. Het is een liefkozende term voor een geliefde vrouw. En ik denk aan de bruid van Christus wanneer ik daar naar kijk. Ze schieten in het verborgene op hen, van wie God zegt: "Ik heb ze volkomen gemaakt, Ik heb ze gerechtvaardigd, Ik heb ze schoon gewassen". Maar ze maken toch de keus om hen ongewassen te noemen, en nog niet van de Heer. Ongelooflijk. En ze doen hun best dat kwaad dat van hun lippen stroomt naar de bruid van Christus toe, te rechtvaardigen.

En het gaat verder, en de Heer zegt door David heen: "Het oordeel dat ze hopen over een ander uit te spreken, komt over hen zelf heen. Al wie naar hen ziet, schudt het hoofd. Dan vrezen alle mensen en verkondigen Gods daad, en slaan acht op zijn werk" (Psalmen 64: 9-11). O, geliefde, ik waarschuw u, met alles wat in mij is, ik heb het effect gezien van de tong die niet onder Gods gezag stond in mijn jaren als een christen. Ik heb mensen de duisternis in zien gaan, ik heb gezien hoe hun kinderen door de vijand werden overwonnen, ik heb gezien hoe ze letterlijk geheel door de duisternis werden opgeslokt doordat hun tong niet onder het gezag van God stond. In het bijzonder een tong die gebruikt wordt om het lichaam van Christus te verscheuren. Een tong die in het verborgene naar de onschuldige schiet en die dan denkt dat God dat niet ziet, of dat God dat niet hoort. Erg, erg gevaarlijk. Ik zal u dat straks nog duidelijker maken. Paul zegt tegen de Galaten in Galaten 6: Dwaalt niet, God laat niet met Zich spotten.

Want wat een mens zaait, zal hij ook oogsten. Want wie op de akker van zijn vlees zaait, zal uit zijn vlees verderf oogsten, maar wie op de akker van de Geest zaait, zal uit de Geest eeuwig leven oogsten. Laten wij niet moede worden goed te doen, want, wanneer het eenmaal tijd is, zullen wij oogsten, als wij niet verslappen" (Galaten 6:7-9). Met andere woorden: het goede dat wij kiezen te doen in gehoorzaamheid aan Christus, zal God weer aan ons belonen. Als jij zal oogsten wat je zaaide, als jij en ik ervoor kiezen om leven te zaaien in de mensen om ons heen die met moeite overeind blijven en gewond zijn, dan zegt God: "dan zal Ik leven in jou zaaien, als jíj met moeite overeind kan blijven en gewond bent. Als jíj in een moeilijke positie bent, zal ik je een woord zenden dat je weer in de vrijheid zal stellen. Ik zal een nog grotere portie aan jou teruggeven dan die jij aan anderen geeft. En als er niemand anders is, dan zal Ik zelf jouw vertroosting zijn. Ik zal daar voor je zijn. Je zal die portie hebben, en je zal dat echte woord hebben temidden van je meest donkere tijd en je diepste beproeving".


Er is geen grotere roeping
op het leven van een christen,
dan om het huis van onze broeder
op te bouwen.

Ik ben geroepen om je huis op te bouwen, dat probeer ik nu te doen met mijn gehele hart, ik ben geroepen, want er is een zaadje van Leven in je als je tot Christus behoort. Je bent misschien de meest ongepolijste Christen van deze plaats. Maar als Christus in je is, dan is er een zaadje van Leven in je. En ik ben geroepen om met God samen te werken, ik ben geroepen om dat zaad water te geven en ik ben geroepen om leven te spreken tot dat gebied dat je hebt. Ik ben geroepen om dat zaad te doen opgroeien, een getuigenis van Gods genade voor jou. Ik ben geroepen om samen te werken, om woorden van leven en bemoediging te spreken die je zullen helpen en je hoop zullen geven te midden van je eigen tegenspoed en beproeving. Ik ben geroepen om een zaad in je nieuw leven te geven, door tegen je te spreken, door over je te spreken op een manier die je bemoedigt en opbouwt in het geloof.

De Bijbel zegt in Spreuken 15:4 dat: Zachtheid van tong is een boom des levens". Het woord leven in het Hebreeuws betekent: herleven van ziekte, ontmoediging, en dood. Zachtheid van tong met andere woorden is een boom die doet herleven van ziekte, ontmoediging, en dood. Herinner je dat het door zonde was dat de mens de toegang verloor tot de boom des levens in het paradijs. Maar die toegang werd teruggegeven door Jezus Christus. Hij zei: "Ik ben gekomen opdat zij Leven hebben". Christus ís de boom des levens. "En dat ze het meer overvloedig mogen hebben". Met andere woorden, buitengewoon overvloedig, of super overvloedig.

De Heilige Geest blaast constant dit leven van Christus in ons, en doet zaad opgroeien in gebieden waar wij machteloos stonden door de dood die eens in ons heerste. Dit is wat de Heilige Geest doet. Hij spreekt constant dat leven. In sommige gebieden van je leven, geliefde, is er alleen maar een zaadje. Daar is niet veel overwinning, maar er is een zaadje. God heeft dit leven in je gesproken. Het leven van Christus is nu in je. En omdat het leven van Christus nu in je is, gaat Hij nu omverwerpen, de overwinning behalen, neerhalen. Toen Hij in je leven kwam, kwam Hij niet als een gedwee, klein lammetje, Hij kwam binnen als een leeuw. Hij kwam binnen in deze tempel van de Heilige Geest met een zweep in zijn hand en zegt: "Roep mij slechts aan, en ik zal de tafels omver werpen en de geldwisselaars eruit drijven. Ik zal al de religieuze dingen die niets met leven te maken hebben eruit werpen. Ik zal volkomen transformeren. Ik kwam niet om samen te wonen, Ik kwam om het gezag over te nemen. En ja, we zijn nog ongepolijst, maar de Heilige Geest is constant dat zaad van Christus aan het doen opgroeien. Hij blaast constant dat leven van Christus in ons. Hij is constant ons aan het veranderen naar de gelijkenis van onze Heiland.

Johannes 16, als je daar snel even met mij naar toe wil gaan, spreekt over deze bediening van de Heilige Geest, vers 13, luister naar wat Jezus zegt, Hij zegt: "doch wanneer Hij komt, de Geest der waarheid, zal Hij u de weg wijzen tot de volle waarheid; want Hij zal niet uit Zichzelf spreken, maar al wat Hij hoort, zal Hij spreken en de toekomst zal Hij u verkondigen". Verkondigen, in de oorspronkelijke tekst, betekent: "bewegend van de ene plek naar de andere".


De Heilige Geest zal het je tonen.
De Heilige Geest zal Leven tot je spreken.

De Heilige Geest zal je veranderen. De Heilige Geest zal je tonen wat er gaat gebeuren. Ben je ooit opgestaan in de morgen, en heb je toen je Bijbel opengedaan, en dan is daar plotseling een tekst die je nooit eerder hebt gezien, of je las het wel, maar het zei je nooit zoveel, en plotseling trekt het je aandacht. Weet je wat dat is? De Heilige Geest laat je zien wat er gaat gebeuren. De Heilige Geest brengt dat tot leven in je, omdat Hij dat in je leven wil doen groeien. Hij laat je zien wat je gaat worden. Hij laat je zien hoe God je nu al ziet.

Hij zal Mij verheerlijken (vers 14), want Hij zal het uit het mijne nemen en het u verkondigen (herinner je je dat toen Christus uit te dood opstond, Hij al de zegeningen ontving, alles uit de hemel werd het zijne en omdat we in Hem zijn, wordt het ook het onze). Al wat de Vader heeft, is het mijne; daarom zeide Ik: Hij neemt uit het mijne en zal het u verkondigen" (Joh. 16:13-15). Joh. 17-10: "En al het mijne is het uwe en het uwe is het mijne, en Ik ben in hen verheerlijkt". Halleluja. Hij zal je de dingen die gaan komen mededelen. Hij spreekt nu, op dit ogenblik, tegen je.

Wanneer je dit boek opent en begint te lezen, is de Heilige Geest leven tot je aan het spreken, hij is leven bij je doen inkomen, en hij is zaad bij je doen opgroeien om Christus te verheerlijken in gebieden waar jij en ik dood zijn geworden voor de zonde. En hij die plant en die begiet staan gelijk, zegt Paul in 1 Cor. 3, en elk zal zijn eigen loon krijgen naar zijn eigen werk, want wij zijn medearbeiders, samen met God. En ik denk dat dit is wat ik vandaag wil zeggen. De Heilige Geest is een kerk aan het doen opkomen voor Jezus Christus. De Heilige Geest is in je als je een gelovige bent. De Heilige Geest is in mij, en de Bijbel zegt dat we samen medearbeiders zijn met God.

Met andere woorden, als ik echt Gods arbeid doe, als de Heilige Geest in mij is, en ik Gods manier van denken heb, dan doe ik hetzelfde werk als de Heilige Geest doet. Ik spreek leven aan jou, jij spreekt leven aan mij, ik bemoedig jou, jij bemoedigt mij. Wij bouwen elkaar op in liefde, we bemoedigen elkaar, we bouwen het lichaam van Christus op, we oordelen elkaar niet op onrechtvaardige manier, ja zelfs als we moeten corrigeren, dan doen we dat alleen met het oog op en met een hart voor herstel, om die persoon op de lijn te brengen die God voor hem bedoeld had. Alles wordt gedaan met tederheid en met zo groot mogelijke liefde, net zoals God met ons gedaan heeft, zo doen we ook tegen anderen. We komen zover dat we God liefhebben met ons gehele hart, ziel, verstand en kracht. En de waarheid van die relatie wordt gezien in de diepte van onze liefde die we voor elkaar hebben.


Jezus zei: "hierdoor
zullen alle mensen zien
dat jullie mijn discipelen zijn,
omdat jullie elkaar liefhebben".

Jullie hebben liefde voor elkaar die niet in de wereld is te vinden. Het is niet een liefde die aan voorwaarden is verbonden: jij doet wat, en ik doe wat, jij doet goed aan mij en ik doe goed aan jou, nee, het is niet aan voorwaarden verbonden, het is niet iets dat in de wereld wordt gevonden, het is zo'n diepe liefde, dat de wereld eromheen ernaar zal kijken, en vanwege die liefde zullen ze weten dat jullie mijn discipelen zijn. Ze zullen zien dat de éne broeder naar de andere gaat, en zelfs als er sprake van is dat de dood op zeker punt in zijn leven heerst, zullen ze zien dat de ene broeder die andere broeder leven toedient, dat hij zaad voor hem doet groeien. Dat hij naar zijn huis gaat en zegt: hoe kan ik je helpen, hoe kan ik je uit deze situatie helpen. Hoe kan ik iets voor je doen of vergeef me dat ik niet voor je heb gebeden zoals ik voor je had moeten bidden. Laten we er voor zorgen dat de duivel geen voordeel op je behaalt in deze situatie. Laten we het voor de troon van God brengen en laten we geloven voor de overwinning in je leven. Laten we geloven. Laten we samen opweg gaan.

Als je naar Mattheüs 12 gaat, zie je dat Christus een ongelooflijke waarschuwing geeft. Ik heb het eerlijk nooit eerder gezien zoals de Heilige Geest het nu tot me spreekt. Ik wil niet dat iemand nu vanuit schuldgevoelens gaat leven door wat ik nu ga delen, want ik geloof dat het iets was waar God tot míjn hart over sprak. Nu, in Matt. 12, gaat het hele verhaal over het feit dat Christus net een duivel had uitgeworpen uit iemand die blind en doof was. En de mensen zagen het en de Farizeeën zeiden dat hij de duivel uitwierp door de vorst van de duivels. Toen begon Jezus te spreken over die beschuldiging die ze tegen hem uitspraken. In vers 32 zegt Hij: "Spreekt iemand een woord tegen de Zoon des mensen, het zal hem vergeven worden; maar spreekt iemand tegen de Heilige Geest, het zal hem niet vergeven worden, noch in deze eeuw, noch in de toekomende. Acht de boom goed, maar dan ook zijn vrucht, òf acht de boom slecht, maar dan ook zijn vrucht, want aan zijn vrucht kent men de boom. Adderengebroed, hoe kunt gij, die slecht zijt, iets goeds zeggen? Want uit de overvloed des harten spreekt de mond. Een goed mens brengt uit zijn goede schat goede dingen voort, en een slecht mens uit zijn boze schat boze dingen. Maar Ik zeg u: "Van elk ijdel woord, dat de mensen zullen spreken, zullen zij rekenschap geven op de dag des oordeels, want naar uw woorden zult gij gerechtvaardigd worden, en naar uw woorden zult gij veroordeeld worden" (Matthéüs 12:32-37).

Nu, dat is een ongelooflijk iets. Stop hier met mij een ogenblik. We hebben een heleboel gehoord over zondigen tegen de Heilige Geest. En je leest hierover in de meeste commentaren dat de enige manier dat je kunt weten dat je niet hebt gezondigd tegen de Heilige Geest is dat je nog steeds de kracht hebt om terug te gaan naar God. En dat is waar, daar ben ik het mee eens.

Maar mensen, er is hier iets waar de Heilige Geest tot mij over sprak. Zij beschuldigden hem ervan dat Hij de duivel uitbande door de macht van de duivel. En zeker, dat is godslastering in zijn zuiverste vorm. Dat is het zondigen tegen de Heilige Geest. Ze zagen dat Christus door de kracht van de Heilige Geest de kracht van de duivel omverwierp, en ze zeiden dat dit het werk van de duivel was. Dat is het zondigen tegen de Heilige Geest in zijn zuiverste vorm. Maar Jezus zei dit: "Of hoe kan iemand het huis van de sterke binnengaan en zijn huisraad roven, als hij niet eerst die sterke heeft gebonden? Dan zal hij zijn huis plunderen"(Matthéüs 12:29). En ik wil dat als het type zien van het leven van een nieuwe gelovige, iemand die echt in Christus is, en de Heilige Geest komt en gaat dat leven binnen.

Vertel me, jullie die al twintig of dertig jaar met Christus gaan, waren jullie perfekt de eerste vijf jaar na jullie bekering? Sommigen van jullie hielden niet op met drinken tot slechts een paar jaar geleden; of met gokken: jullie gaan nog steeds naar die winkels waar je al dat soort flauwekul en krasloten kan kopen en je koopt die dingen nog steeds. Aan de ene kant de beloftes van God en aan de andere kant…. "Was jíj perfekt? Was jíj perfekt met je leven samen met God?" En denk bijvoorbeeld aan de vergissingen die je maakte als jonge Christen.

We hebben vele jonge Christenen hier in Times Square Church, vele die nog erg veel polijsting nodig hebben.

Maar ze zijn gered en gekroond met genade en verlost en niet de weg op gaand van verwoesting, maar nog steeds erg ongepolijst en vleselijk. Maar God zegt: "Ik ben in hen en door de macht van de Heilige Geest werp Ik de macht van de hel omver. Ik ben in hen en Ik ben aan het werk. En Ik zet hen vrij en win datgene terug wat de duivel had weggeroofd en Ik bind de sterke man en roof zijn huis leeg. Ik kwam in deze levens. Dit zijn echte gelovigen in Christus. Ja, nog erg ongepolijst, maar ik woon daar, en ik werp de macht van de hel eruit die hen ter neer drukte". En dan zegt Hij in vers 40: "Wie met Mij niet is, die is tegen Mij, en wie met Mij niet bijeenbrengt, die verstrooit" (Matthéüs 12:30).

Het is ongelooflijk als je het begint te zien. Hij zegt: "je bouwt of met Mij, of je verstrooit…want naar uw woorden zult gij gerechtvaardigd worden, en naar uw woorden zult gij veroordeeld worden" (Matthéüs 12:30-37). Kijk naar de samenhang van deze verzen. En ik kon het niet helpen dat ik me moest afvragen, toen ik dat las: is dit de godslastering, tenminste ten dele, waarover Christus spreekt? En ik zeg, ten dele. Is het niet mogelijk, dat het doelt op hen die het werk van de Heilige Geest tegenwerken in hen die Christus gered heeft en voor Hem zelf geroepen heeft. Zij lopen naar een jonge gelovige, die het moeilijk heeft, en in plaats van hem leven te geven, halen zij hem neer en hebben kritiek op hem, en ze gebruiken hun schriftuurlijke kennis als een hamer, vernielend het werk van Christus in hem.

God zegt: "je lastert tegen het werk dat Ik in hun leven doe. Ik zet hen vrij, Ik heb hen aangenomen en gewassen, en jij loopt naar hen toe en noemt hen ongewassen. Je lastert tegen het werk van de Heilige Geest". Ik denk dat ik niet eerder het werk van de Heilige Geest zo diep in mijn hart heb gevoeld als toen ik deze teksten aan het lezen was en deze dingen begon te zien. O, God, help me, om nooit te zeggen dat ik vol ben van de Heilige Geest en toch uw werk tegen te werken in hen die door U gered zijn. Help me om dezelfde woorden te spreken. Als de Heilige Geest in mij is, dezelfde Heilige Geest die in jullie is, dan behoor ik dezelfde woorden te spreken die de Heilige Geest spreekt. Daarom sloot Christus af met de woorden: "je zult geoordeeld of gerechtvaardigd worden door je woorden".


Er zullen velen zijn die dan zullen
zeggen: "Heer, Heer, deden we niet
ontzettend goede werken.

We hebben duivels uitgeworpen, we hebben in uw naam geprofeteerd, en Christus zal zeggen: "Je zegt dat je de mijne bent, je zegt dat je mijn werk doet in mijn huis, je zegt dat je dezelfde gedachten hebt als de Heilige Geest, wel dan, laten we eens kijken naar je woorden". En ik vraag me af, als sommigen zullen staan voor de troon van God op een dag, of er dan niet een lijst zal zijn, een herinnering aan al die heiligen van God, die het moeilijk hadden, en waar de Heilige Geest aan het werk was, en laat dan maar eens zien wat er in je was, en je zult zien wat de Heilige Geest dan sprak en wat wíj spraken, en je zult zien dat de twee tegengesteld waren aan elkaar. De Heilige Geest sprak leven en geloof en wij spraken dood in dat leven van die persoon. "De vrees van God is het begin van wijsheid", "kennis van de Heilige is echte wijsheid". Er moet een vrees voor God zijn, anders komen we als kerk tot een punt dat we gaan denken dat we alles maar tegen iemand kunnen zeggen zonder dat daar consequenties aan verbonden zijn.

Jezus zei: "de manier waarop je de minste van mijn broeders hebt behandeld, zo behandelde je Mij; de minste van hen. Ze waren in de gevangenis en je kwam naar hen toe (ik praat niet over een fysieke gevangenis, ik praat over een gevangenis in de geest) en je kwam naar hen toe. Ze waren naakt en je hebt hen bekleed in één of ander gebied van hun leven. Ze waren hongerig en je hebt hen te eten gegeven (niet alleen op fysiek gebied, maar ook op geestelijk gebied), je hebt het werk dat Ik deed niet tegengewerkt".

Ik begin iets te begrijpen over het lichaam van Christus dat ik nooit eerder heb gezien. We spreken zo gemakkelijk, we spreken zo losjes, zo erg vaak zonder met de ander rekening te houden, want we hebben nog zo weinig over van de vrees van God nu. We hebben het gevoel dat we het huis van God binnen kunnen gaan en alles maar kunnen spreken wat we willen. We kunnen ons verenigen in kleine groepjes en in het verborgene de onschuldige bekritiseren en dan denken dat dat oké is. We kunnen leiders in het lichaam van Christus neerhalen, we kunnen hen verkeerde motieven toeschrijven, en geruchten over hen verspreiden, en dan denken dat dat allemaal geen consequentie heeft. De ongelooflijke verblindheid.


God zegt: pas ervoor op dat u niet
lastert tegen de Heilige Geest,
want Ik werk in hen.

Pas er voor op dat u niet mijn werk in die persoon tegenwerkt.Ongelooflijk. Ik denk dat ik de rest van mijn leven dan liever niets meer zeg. Ik zeg het serieus, als je niets goeds te zeggen heb, zeg dan liever niets, zeg gewoon niets. Ik zal je iets vertellen. Ik zal op een dag veroordeeld worden voor mijn woorden. Ik laat het aan jezelf over hoe jij zal geoordeeld worden, maar ik zal op een dag voor God staan en ik zal geoordeeld worden voor mijn woorden. In het verborgene, in het openbaar, alles wat ik heb gezegd over het lichaam van Jezus Christus in individuele gelovigen.

Ongelooflijk. Ik heb de keus gemaakt met God op te bouwen voor de rest van mijn leven. Maar ik heb de vrees voor God in mijn hart. Om eerlijk met je te zijn, ik kan mijzelf niet een specifieke gebeurtenis indenken, maar ik heb een vrees voor God in mijn hart. O, Jezus, o Jezus, machtige Christus, machtige God, laat me niet staan voor één van uw heiligen, speciaal als een geestelijk leider, en dan niet spreken wat U spreekt in het leven van die persoon. Ik wil niet dat mijn schoen wordt losgemaakt. Ik wil niet dat er als het ware in mijn gezicht wordt gespuugd. Ik wil niet een man zijn die schande brengt aan het werk van God. Ik hoop dat dit begrijpelijke woorden voor jullie zijn. Ik heb nog één laatste tekst, als je naar het boek Numeri zou willen gaan.

Ik dacht, toen ik deze boodschap aan het voorbereiden was: "er moet ergens een goede kant aan deze situatie zijn". Het begint in hoofdstuk 12: Mirjam en Aäron spreken zich uit tegen Mozes. "Mirjam nu sprak met Aäron over Mozes naar aanleiding van de Ethiopische vrouw, die hij genomen had, want hij had een Ethiopische vrouw genomen" (Numeri 12:1). De Ethiopische vrouw was een afstammeling van Cham, herinner je je de zoon van Noach, die er plezier in had de naaktheid van zijn vader door te vertellen en daarom werd hij in zekere zin vervloekt om een dienstknecht van dienstknechten te zijn zijn gehele leven.

Dit is zo'n mooi voorbeeld van genade, want als je Mozes ziet als een type Christus en de Ethiopische vrouw die van Cham afstamt, dan zie je de ongelooflijke genade van God dat deze vrouw wordt geroepen. En hier zijn nu Mirjam en Aäron die Mozes ter verantwoording roepen, vanwege die vrouw die hij had genomen, vanwege die relatie waar ze geen goedkeuring aan verleenden. En misschien wisten zij de voorgeschiedenis niet, ik weet het niet, misschien wisten ze de voorgeschiedenis wel, en zeiden: "luister, jij hebt een vrouw genomen en ze is een afstammeling van Cham, en Cham werd vervloekt omdat hij de naaktheid van zijn vader doorvertelde.


Hier doen zij hetzelfde als
Cham deed. Ze zijn blind.

En de meest blinde mensen in het lichaam van Christus zijn de mensen die gewoon zijn de zonden van andere mensen door te vertellen. Zij zijn het meest verblind in de hele kerk. Zij doen hetzelfde als datgene wat iedereen doet en ze zijn zich daar niet eens van bewust. En hier zijn ze, in opstand komend tegen het leiderschap en ze beschuldigen Mozes.

Hij heeft een juiste relatie, het is toegestaan door God, het is een soort van ongelooflijke genade. Deze vrouw is vergeven. Er is geen afstamming die iemand kan tegenhouden die tot Christus komt. Alles is vergeven, ze is wettig aangenomen als de vrouw van Mozes. Mirjam en Aäron beginnen hun afkeuring te uiten over haar en Mozes. En God hoort hiervan en roept hen. En natuurlijk moet Mirjam het oordeel ontvangen en Aäron (ik doe een studie over Aäron, hij is hét voorbeeld van het lege pak in het Oude Testament. Hij is een man die totaal geen gevoel voor richting heeft. Hij neemt het gedrag over van wie dan ook maar, de sterkste mening letterlijk neemt hem. Zijn gehele leven is hij zo. Hij verandert nooit. Ongelooflijk.)

God komt naar beneden en roept Aäron en Mirjam. In vers 6-7 zegt Hij: "Indien onder u een profeet is, dan maak Ik, de HERE, Mij in een gezicht aan hem bekend, in een droom spreek Ik met hem. Niet aldus met mijn knecht Mozes, vertrouwd als hij is in geheel mijn huis". Dus God zegt: "Ik zie Mozes en jullie veranderen zijn voorkomen". Herinner je je dat we hierover spraken in Psalm 64: "jullie veranderen het voorkomen van Mozes. Maar Ik wil iets corrigeren. Ik zie Mozes als getrouw, het kan me niet schelen hoe jullie hem zien, Aäron en Mirjam, maar Mozes is getrouw in mijn gehele huis. Ik spreek tot hem van mond tot mond, hij komt de gebedsruimte binnen en hoort niet van Mij in kleine raadselen en visioenen en dromen, maar Ik ontmoet hem en Ik spreek tot hem en hij spreekt tot mij als een man spreekt tot zijn vriend. Ik wil alles even rechtzetten. Mozes is getrouw in mijn huis. En met hem zal ik van mond tot mond spreken, duidelijk en niet in raadselen (vers 8)". "Ik spreek continu in zijn leven", zegt God. "Hij is getrouw. Ik spreek in zijn leven en de gestalte des Heren zal hij aanschouwen". En dan vraagt God hen: "Waarom hebt gij u niet ontzien om tegen mijn knecht Mozes te spreken?

God spreekt hierover een heel eenvoudig principe dat precies overeenkomt met datgene wat de Heilige Geest mij heeft gegeven om met jullie over te spreken. "Ik heb hem aangenomen. Ik heb waargenomen dat hij getrouw is. Ik spreek in zijn leven, en hij zal mijn gestalte aanschouwen.Waarom hebt gij u niet ontzien om tegen mijn knecht Mozes te spreken?" Ongelooflijk. Er zijn vele mensen die deze woorden herhaald zullen krijgen wanneer zij voor de rechterstoel van Christus staan. Waarom was je niet bevreesd je op een negatieve manier over hem uit te laten? Ik had hem aangenomen. Hij was getrouw. En hij was dagelijks aan het veranderen naar mijn gelijkenis. Waarom dan? Waar kwam dit vandaan dat je dacht dat je in het geheim bij elkaar kon komen om je op een negatieve manier over hem uit te laten en dat je daar niet voor gestraft zou worden?

Toen zeide Aäron tot Mozes: "Ach mijn heer, reken ons toch de zonde niet toe die wij in onze dwaasheid begaan hebben (ik weet niet hoe vaak Aäron dit gezegd heeft gedurende zijn leven), laat haar toch niet zijn als een doodgeborene" ( Num. 12: 11-12).

Mirjam werd namelijk melaats, de boosheid van de Heer, zegt de Bijbel, was tegen hen opgewekt, en Aäron beschrijft haar als iemand wiens vlees reeds half vergaan is, haar negatieve tong keerde zich als het ware tegen haar zelf. Herinner je je wat de Heer zei tegen David: "Zij zeggen bittere woorden, maar hun tong doet hen over zichzelf struikelen. Dan vrezen alle mensen en verkondigen Gods daad, en slaan acht op zijn werk" (Psalmen 64:10). Haar eigen tong keerde zich tegen haar en deed haar struikelen en ze werd als iemand wiens vlees reeds half vergaan was.

Ik doe de suggestie vandaag dat sommigen, zelfs hier in deze kerk, zijn als zij, wiens vlees reeds half vergaan is, omdat het oordeel van je eigen tong zich tegen jou zelf heeft gekeerd. Je komt in het huis van God en je vraagt je af: "Mijn God, waarom ben ik zo leeg? Waarom is er zo weinig leven in mij? Hoe komt het dat de enige keer dat ik mijn handen kan opheffen om U te prijzen is in de zondagdienst; als iedereen opgewonden wordt, dan wordt ik ook opgewonden. Hoe komt het dat ik me op maandag alweer leeg voel, of op dinsdag of woensdag. Ik wil jullie de suggestie doen, alleen maar de suggestie, alleen als de Heilige Geest je hart overtuigt van zonde, dat misschien het oordeel van je eigen tong zich tegen je heeft gekeerd. Mozes roept uit tot de Heer in Num. 12:13: "O, God, genees haar toch, ik smeek het U".

Nu, hier wordt het interessant, in vers 14: "Daarop zeide de HERE tot Mozes: Had haar vader haar openlijk in het gezicht gespuwd, zou zij dan niet gedurende zeven dagen te schande zijn? Laat haar gedurende zeven dagen buiten de legerplaats gesloten worden, en daarna mag zij zich er weer bijvoegen. Daarop werd Mirjam zeven dagen buiten de legerplaats gesloten; en het volk brak niet op, vóórdat Mirjam zich bij hen gevoegd had" (Numeri 12:14-15). En God doet hier net, geloof ik, alsof Hij haar vader is. Zij was in opstand gekomen. Zij had geweigerd haar broeders huis op te bouwen. En God zei: "Had haar vader haar openlijk in het gezicht gespuwd, zou zij dan niet gedurende zeven dagen buiten de legerplaats gesloten worden".


Door kwaadspreken haal je
schande over je heen,
er moet een prijs betaald worden.

Maar er is ongelooflijk veel genade bij God. En ik geloof dat we nergens in de Schriften grotere genade vinden dan in dit gedeelte. God, de Almachtige zelf, bracht haar te schande en sloot haar buiten de legerplaats, met andere woorden: buiten het leven, buiten de gunst, maar omdat ze een berouwvol hart had, ze moest een berouwvol hart hebben, zegt de Bijbel: "en het volk brak niet op, vóórdat Mirjam zich bij hen gevoegd had". En dat is een verbazingwekkend iets. Dat is de genade van God.

We gaan een tijd in, dit komende jaar, waarin ongelooflijk veel zielen gered zullen worden, ik denk dat je verbijsterd zult zijn door het ongelooflijk hoge aantal mensen die tot Christus zullen komen, alleen al in New York.

Misschien sta je er buiten, en je zit hier vandaag en je zegt: "pastor, de vinger van God is op me. Ik zit hier in deze gebedsplaats, en God bracht me hier vandaag in deze dienst, en sommigen zullen zeggen: "ik had niet eens gepland om hier te zijn, maar ik ben hier en de vinger van God is recht op mijn hart en God heeft de zonde die mijn leven beheerst, aangeraakt. En de roep van mijn hart is: "O, God, vergeef me voor die onwetendheid, God, vergeef me". Herinner je dat de apostel Paulus zei: "ik vervolgde de kerk verschrikkelijk, en bracht deze te gronde, maar ik heb genade gekregen, omdat ik het in onwetendheid deed. God was me genadig".

Ik weet dat er mensen hier vandaag zijn, die zeggen: "pastor, de vinger van God is op mijn hart, en ik heb mijn lippen op een onrechtvaardige manier gebruikt, ik heb nooit begrepen wat het betekent om deel te zijn van het lichaam van Jezus Christus. Ik heb bewust - en ik weet dat er sommige hier zijn die het na de dienst in orde moeten maken - ik heb bewust, bewust, ervoor gekozen om niet mijn broeders huis op te bouwen. Ik had goed kunnen doen, maar ik had ervoor gekozen om dat niet te doen. Ik had vriendelijk kunnen spreken, maar ik heb kwaadgesproken in plaats daarvan".


De genade van God zegt tegen jou:
"Als jij een berouwvol hart hebt,
zal de kerk niet verder gaan
zonder jou".

Ongelooflijke genade. God zegt: "Alles wat ik van je vraag is dat je berouw hebt. Alles wat ik van je vraag, is dat je zegt: "Heer, laat dit ding niet mijn leven gaan beheersen, haal deze dood uit mij. Ik wil een man, vrouw, zijn die spreekt, wat de Heilige Geest spreekt. Ik wil niet in het vlees spreken. Ik wil niet lasteren tegen het werk dat God doet in welke gelovige dan ook, door naar die persoon te kijken en te vernemen dat de Heilige Geest daarin is, om daar het beeld van Christus in te vormen, en dan te zeggen: "je bent vol van de duivel". Ongelooflijk.

Mensen, ik wil je vertellen, als jullie dát tegen iemand zeggen, en de Heilige Geest is in hen, dan heb je een probleem met God. Ik zeg het op een heel liefdevolle manier. Je kunt beter maken dat je er zeker van bent, als je ooit deze woorden zegt tegen iemand. Je kunt beter maken dat je er zeker van bent dat ze vol zijn van de duivel. Want als de Heilige Geest in hen is, dan heb je een probleem. Dan heb je precies hetzelfde gedaan als de Farizeeën deden in het Nieuwe Testament.

Maar ik heb een belofte van de Heilige Geest, dat als je een berouwvol hart hebt, en je laat je tong gebruiken voor de glorie van God, dan zal deze kerk niet verder gaan zonder jou. Als God zeven dagen lang stil zou moeten blijven staan, dan zal Hij dat doen. Maar we zullen niet vooruit gaan zonder jou. Je zult deel zijn van de kerk, van het lichaam van Christus, je zult een functionerend deel zijn van het lichaam van Christus, je zult een persoon zijn waar de Heilige Geest op kan rekenen om daar heen te gaan waar dood is, en een woord van leven te spreken. En om in eenheid met God voort te gaan, en om met die te zijn die zeggen: "Mijn Vader werkt, en ik werk; de Heilige Geest werkt en ik werk; we bewegen ons voort met dezelfde manier van denken en met hetzelfde hart en met hetzelfde Woord.

Geliefde, ik vertel jullie dít: dit is één van de moeilijkste boodschappen voor mij geweest die ik sinds lange tijd heb moeten preken. Maar ik geloof dat deze boodschap de vrucht van leven zal gaan dragen, daar waar dood is. Ik geloof dat er mensen zullen gaan groeien in de Heer, die vroeger gebruikt werden door de vijand en aan het werk waren tegen het werk van God in en die zich daar niet eens van bewust waren. Ik geloof dat er in de harten van de mensen van deze kerk een eerlijke vrees voor God komt, om heel voorzichtig te zijn met hoe we spreken tegen elkaar en over elkaar. Erg, erg voorzichtig. Want op een dag zullen we voor de troon van God staan en voor ieder woord zullen we gerechtvaardigd worden en voor ieder woord zullen we geoordeeld worden. Christus zei het. We kunnen er niet omheen. Van ieder ijdel woord dat we gesproken hebben, moeten we ons verantwoorden op de Dag des Oordeels, zei Hij. Ongelooflijk, ongelooflijk.

Vandaag, als de Heilige Geest tot jullie heeft gesproken, zoals Hij tegen mij heeft gesproken - ik ben zo blij dat ik deze boodschap uit heb gesproken, dit is een verschrikkelijke week geweest voor mij - maar als Hij tot jou heeft gesproken, zoals Hij tegen mij heeft gesproken over deze dingen, dan vraag ik je om van je zitplaats vandaan te komen, en alsjeblieft, voeg je dan bij mij hier aan het altaar en dan gaan we samen bidden en de Heer vragen om grote genade om medearbeider te zijn met Hem voor het werk dat God aan het doen is in zijn Koninkrijk. Als jouw tong op een onrechtvaardige manier is gebruikt, dan vraag ik je jezelf te vernederen.


Laten we Heilige Geest vragen om
ons hart te heiligen, onze tong,
de manier waarop we
andere mensen zien.

Ik geloof dat het het begin kan zijn van een ongelooflijk wonder dat vandaag begint in het leven van vele mensen. Laten we samen staan. Als de Heilige Geest tot je spreekt, kom dan hierheen. Wees niet beschaamd. Wees niet beschaamd om toe te geven dat je een probleem hebt. Kom gewoon. En laat God beginnen om je te wassen. Laat God beginnen om een wonder in je te doen. Laat Hem beginnen om Zijn leven bij je naar binnen te brengen zodat je door de Heilige Geest gebruikt kan worden om anderen van leven te voorzien.

Nu, ik heb een woord voor iedereen die bij dit altaar staat vandaag. Ik wil dat je dit ontvangt voor je leven nu: "Indien je aandachtig luistert naar de stem van de HERE, uw God, en al zijn geboden, die ik u heden opleg, naarstig onderhoudt, dan zal de HERE, uw God, u verheffen boven alle volken der aarde. De volgende zegeningen zullen alle over u komen en uw deel worden, indien gij luistert naar de stem van de HERE, uw God: Gezegend zult gij zijn in de stad en gezegend op het veld. Gezegend zal zijn de vrucht van uw schoot, de vrucht van uw bodem en de vrucht van uw vee: de worp van uw runderen en de dracht van uw kleinvee. Gezegend zullen zijn uw mand en uw baktrog. Gezegend zult gij zijn bij uw ingang en gezegend zult gij zijn bij uw uitgang. De HERE zal uw vijanden, die tegen u opstaan, verslagen aan u overleveren. Langs één enkele weg zullen zij tegen u optrekken, maar langs zeven wegen voor u vluchten. De HERE zal over u de zegen gebieden in uw schuren en in alles wat gij onderneemt; Hij zal u zegenen in het land dat de HERE, uw God, u geven zal. De HERE zal u als zijn heilig volk bevestigen, zoals Hij u gezworen heeft, indien gij de geboden van de HERE, uw God, onderhoudt en in zijn wegen wandelt. Dan zullen alle volken der aarde zien, - en ook New York City - , dat de naam des HEREN over u uitgeroepen is, en zij zullen voor u vrezen. Ook zal de HERE u overvloedig het goede schenken, in de vrucht van uw schoot, de vrucht van uw vee en de vrucht van uw bodem - in het land, waarvan de HERE aan uw vaderen gezworen heeft, dat Hij het u geven zou. De HERE zal zijn rijke schatkamer, de hemel, voor u openen om op zijn tijd de regen voor uw land te geven en al het werk uwer handen te zegenen, zodat gij aan vele volken zult uitlenen zonder zelf te leen te ontvangen. De HERE zal u stellen tot een hoofd en niet tot een staart, gij zult enkel opgaan en niet neergaan, wanneer gij luistert naar de geboden van de HERE, uw God, die ik u heden opleg om die naarstig te onderhouden, en wanneer gij niet afwijkt van alle geboden, die ik u heden geef, noch naar rechts noch naar links, door het achterna lopen en dienen van andere goden". Deuteronium 25:2-14 God zegt: "Ik zal je zegenen, Ik zal Leven tot je spreken.

Ik zal ervoor zorgen dat het je goed gaat, Ik zal je handen sterken, Ik zal je maken tot wat je nu nog niet bent, Ik zal al je werk zegenen, en Ik zal je tot een zegen maken voor iedereen om je heen, beginnend in het huis van God. Halleluja, halleluja, machtige God. Klinkt dat niet goed, als God dat spreekt tot je leven. En nou roept Hij ons om het kanaal van die goedheid naar anderen toe te zijn, beginnend in het huis van God.

Laten we samen bidden. Here God, Vergeef me, voor al de keren dat ik mijn tong heb toegestaan gebruikt te worden voor het kwade, dat ik heb neergeworpen, hetgeen U aan het opbouwen bent. Vergeef mij voor deze onwetendheid. Ik dank U voor uw genade. Dank U voor uw beloftes aan mij, en vooral voor uw belofte, dat U niet zonder mij verder zult gaan, omdat U van mij houdt en het goede tot mijn leven spreekt. Ik wil een persoon zijn die leven brengt, daar waar dood is; bemoediging, daar waar wanhoop is, hoop, daar waar verdriet is. Ik wil precies dezelfde woorden spreken die de Heilige Geest spreekt tot het leven van iedere gelovige en ieder persoon die ik ontmoet. Maak mij een persoon van geloof, en niet een persoon van ontmoediging. Help me om nooit hen, die U heeft gewassen met uw kostbare bloed, niet uit de Geest of ongewassen te noemen. Jezus, help me om te begrijpen wat het betekent om deel te zijn van de kerk van Jezus Christus. Help mijn verstand, help mijn hart, om de ongelooflijke diepte te begrijpen van uw liefde en de ongelooflijke grootte van uw genade. Maak me een kanaal, maak me een vat van die genade voor alle mensen, vooral van hen die behoren tot het huis van God. Maak dat ik nooit mijn tong gebruik om bittere woorden te spreken en om in het verborgene op de onschuldige te schieten, naar hen die U heeft gewassen met uw eigen bloed.

----
Gebruikt met toestemming van World Challenge, P. O. Box 260, Lindale, TX 75771, USA.


Tekstbestand + Nederlandse Preken Index + Home Page + Abonneren + Copyright

Times Square Church Informatie | Info voor de nieuwe lezer


COPYRIGHT/REPRO INFORMATIE:

Dit bestand is eigendom van World Challenge. Het mag niet veranderd worden op enige wijze. Het mag alleen in zijn geheel gekopieerd worden als "freeware", zonder dat hier kosten aan verbonden mogen zijn. Alle gekopieerde bestanden moeten voorzien zijn van het copyright bericht ["Copyright © 2003 door World Challenge"]. Dit bestand mag niet gebruikt worden zonder voorafgaande toestemming van World Challenge voor (her)verkoop of het verbeteren van andere verkoop producten. Dit heeft betrekking op de gehele inhoud met uitzondering van een paar korte citaten. Vermeld a.u.b. de volgende bron: Copyright © 2003 door World Challenge, Lindale, Texas, USA.

Dit materiaal is uitsluitend bedoeld voor persoonlijk gebruik en mag dan ook niet worden gepubliceerd op andere webpagina's. De Lorain County Free-Net Chapel heeft de exclusieve rechten van World Challenge. om deze boodschappen op het web te publiceren. U bent vrij om deze pagina's te downloaden, te kopiëren, te printen en te distribueren zolang u het niet op een andere website plaatst. Ook mag u op uw website links plaatsen die naar deze website verwijzen.


Deze webpagina is een dienst van
The Missing Link, Inc.
®
Jongeren en volwassenen die in een moeilijke leefsituatie verkeren in contact brengen met levens veranderende programma's
Web site - http://misslink.org
Chapel Site - http://misslink.org/chapel2.html
Homepage van David Wilkerson's Times Square Church Pulpit Series in diverse talen
http://www.tscpulpitseries.org

Copyright © 2003 - The Lorain County Free-Net Chapel
North Central Ohio, U.S.A.


BOVENKANT VAN PAGINA

Webmaster
Deze pagina is op donderdag 4 september 2003 voor het laatst gewijzigd.

Why Revival Tarries/ "Help!"/ What's Here/ Sponsor/ Statement of Faith/ Bible Study/ Around the Piano/ Bulletin Board/ Library/ Home/ Nederlandse predikingen Index/ Pulpit Series